Een incident heeft plaatsgevonden
Een incident is een niet-beoogde of onverwachte gebeurtenis die betrekking heeft op de kwaliteit van de zorg of jeugdhulp, of van de uitvoering van een kinderbeschermingsmaatregel of jeugdreclassering en heeft geleid of zou kunnen leiden tot schade bij de cliënt. Een incident kan leiden tot een klacht.
We spreken van een incident als er in de zorg iets niet goed is gegaan, waarbij een cliënt schade heeft opgelopen, had kunnen oplopen of kan oplopen. Bijvoorbeeld fysiek of psychisch letsel. Deze (mogelijke) schade is een onbedoelde en/of onverwachte uitkomst van zorg: er is iets niet goed gedaan (bijvoorbeeld onvoldoende handelen volgens de richtlijn / professionele standaard). Pas als de schade ernstig of fataal is, is er sprake van een calamiteit zoals bedoeld in de wet (de Wkkgz/Jeugdwet).
Soms is niet duidelijk of een gebeurtenis een incident of een calamiteit is. Er kan onduidelijkheid zijn omdat:
- Niet vaststaat of de kwaliteit van zorg niet voldeed.
- De ernst van de opgetreden lichamelijke of psychische schade onduidelijk is.
- Niet duidelijk is of het gebrek in de kwaliteit van zorg van invloed is geweest op de ongewenste uitkomst.
Meestal is onderzoek nodig om hier duidelijkheid in te scheppen.
Als je een incident hebt meegemaakt in de praktijk, kan dit vragen, onzekerheid en andere emoties oproepen. Hoewel deze gevoelens begrijpelijk zijn, is het juist nu belangrijk om weloverwogen te handelen.
Neem eerst even tijd om je gedachten op een rij te zetten, maar wacht niet te lang met actie ondernemen. Het is belangrijk om zo snel mogelijk een gesprek met de cliënt te plannen. Ook al voelt dit spannend, uit ervaring blijkt dat cliënten juist openheid en eerlijkheid waarderen. Een direct gesprek kan veel onduidelijkheid en wantrouwen wegnemen. Tijdens dit gesprek is het essentieel om bij de feiten te blijven, eerlijk te zijn over wat er is gebeurd, betrokkenheid te tonen en goed te luisteren naar de zorgen van de cliënt. Bespreek met de client of en hoe het incident is recht te zetten. Doe geen uitspraken over aansprakelijkheid of schadevergoeding. ‘Sorry’ zeggen mag altijd.
Belangrijk om te onthouden is dat openheid meestal de kans op klachten en juridische procedures verkleint. Ook als er sprake is van een incident, stellen cliënten een open gesprek op prijs. Door transparant te zijn, kan het vertrouwen in de orthopedagoog -cliëntrelatie behouden blijven. Je staat er in deze situatie niet alleen voor. Aarzel niet om steun te zoeken bij collega’s of professionele hulp in te schakelen als je daar behoefte aan hebt. Beschouw deze situatie, hoe moeilijk ook, als een leermoment dat kan bijdragen aan de verbetering van de zorg. Neem in het cliëntendossier op wat er is gebeurd en hoe dit is besproken.
In geval van vragen: neem contact op met je beroepsrechtsbijstandsverzekering en/of beroepsvereniging.
Als een incident toch leidt tot een schadeclaim dan is het verstandig om direct contact op te nemen met je leidinggevende (indien van toepassing) en met jouw (beroeps)aansprakelijkheidsverzekeraar. Zij zijn er om je te begeleiden en kunnen waardevolle adviezen geven over de te nemen stappen. Zorg ook voor een zorgvuldige documentatie van wat er is gebeurd en welke stappen je hebt ondernomen.
Zie meer informatie:
Brochure Calamiteiten Wkkgz melden aan IGJ | Brochure | Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd
NVO Handreiking voorkomen en omgaan met klachten
Klachtenprocedure (ortho)pedagogiek